Reiskostenvergoeding: wat gaat er veranderen
Sinds het uitbreken van de coronacrisis is het reizen van en naar het werk voor veel werknemers drastisch veranderd. Er wordt veel meer thuisgewerkt, waardoor werknemers veel minder reiskosten maken. Maar de reiskosten vergoeding werd vaak wel gewoon doorbetaald, deze was toch onbelast.
Per 1 juli gaat dit veranderen. Alleen als een werknemer echt naar het werk reist zijn de reiskosten onbelast. Keer je als werkgever toch een reiskostenvergoeding uit als een werknemer thuiswerkt, dan moet je belasting afdragen over deze vergoeding.
Administratie
Om de vaste reiskostenvergoeding te mogen handhaven moet de werkgever voortaan aantonen dat de werknemer minstens 36 weken of 128 dagen per jaar naar een vaste werkplek reist. Als een werknemer minder dagen per jaar reist, dan mag je als werkgever niet langer een vaste vergoeding toekennen. In dat geval moet elke reis gedeclareerd en vergoed worden.
Werkgevers in de zorg
Voor de meeste werkgevers in de zorg zullen de gevolgen gelukkig beperkt zijn. Het overgrote deel van de werknemers verricht bijna alle werkzaamheden gewoon op de praktijk of in de kliniek of instelling. In deze sector zijn er maar weinig collega’s die al hun werkzaamheden vanuit huis kunnen doen. Omdat deze werknemers voldoen aan de eis dat ze minstens 36 weken naar hun werkplek reizen kan de vaste reiskostenvergoeding blijven bestaan.
Mochten er wel werknemers zijn die meerdere dagen per week thuiswerken – bijvoorbeeld administratieve medewerkers – dan gaat er voor hen wel wat veranderen. Zij moeten met een declaratielijst aantonen hoeveel kilometers zij per maand of per kwartaal naar hun werk reizen. Op basis van de gegevens op deze lijst kunnen wij de kilometers opnemen op de loonstrook, zodat de reiskosten alsnog gecompenseerd worden. De vaste reiskostenvergoeding vervalt in dat geval wel.
Vragen?
Mocht je vragen hebben of dit voor jouw medewerker geldt, of heb je een andere vraag? Bel of mail ons dan gerust.